Op zoek naar de bijnaam van mijn grootvader;
Ik zal een jaar of twaalf geweest zijn toen iemand mij eens vroeg : ” woar bun ie van?” Ik antwoordde: “ van Menkehorst”. “Dan buj ne kleinzűnne van luutnants Henduk”, kreeg ik als antwoord.
Thuis gekomen vroeg ik aan mijn vader waarom wij de bijnaam Luutnant hebben en waar die naam vandaan komt?
Mijn vader vertelde mij het verhaal van een Franse luitenant die Wenselear zou heten en die, naar men zei, uit het leger van Napoleon gedeserteerd was.
Er was ooit al eens een familielid, in Frankrijk, op zoek geweest naar deze luitenant. Echter zonder resultaat.
Deze luitenant zou vroeger aan de Braak gewoond hebben en was een pietje precies! De klompen van de kinderen moesten ‘s avonds allemaal keurig in het gelid gezet worden anders zwaaide er wat. Dat verhaal van de klompen heeft toentertijd blijkbaar indruk gemaakt, want het verhaal is generaties lang doorverteld .
Vele jaren later, ik was inmiddels begonnen aan het stamboomonderzoek van mijn familie ,kwam ik die luitenant weer tegen.
Ik was op bezoek bij mijn overbuurman, wijlen Johan Aarnink. Hij vroeg me mee naar boven om me iets te laten zien. Daar aangekomen hing er in een slaapkamer een plattegrond van Haaksbergen met daarop de huizen die rond het centrum gelegen waren. Deze plattegrond liet de situatie zien zoals die, in 1832, in Haaksbergen was.
“Kijk hier eens”, zei Johan en hij wees naar een plek op de kaart . Bij het perceel dat hij aanwees, stond geschreven het woord luitenant en het nummer 117. Mijn belangstelling was gewekt!
Thuis gekomen pakte ik onmiddellijk deel twee van de historie van Haaksbergen uit de kast. In deze uitgave staan alle huizen, in het Haaksbergen van 1830, uitvoerig beschreven.
Ik had de beschrijving van het huis 117 al snel gevonden en begon te lezen . Ik las ” Volgens de volkstelling van 1748 woonden in huis nummer 117 Elisabeth Welders en haar halfzuster Berendina Damveld . Beide waren `` klopjes`` ,
In 1775 overleed Elisabeth. Haar halfzuster Berendina Damveld werd erfgenaam en daardoor de enige eigenaar.
Berendina overleed in 1784. Zij liet haar eigendom na aan de kinderen van haar broer Gerrit Damveld. Een van deze kinderen was Elisabeth Damveld.
Deze Elisabeth was gehuwd met Johan Petrus Wentzeler, gepensioneerd luitenant uit Merode. Na het overlijden van Joan Petrus Wentzeler in 1834 hebben de kinderen Wentzeler het huis voor driehonderdtachtig gulden verkocht aan Scato Odink die jaren later een kruidenierswinkel op die plek zou beginnen.
Verder zoekend in het archief van de historische kring vond ik, in het trouwboek van de Pancratiuskerk, de trouwakte van Elisabeth Damveld en Joan Petrus Wentzeler . Zij zijn in 1801 getrouwd. Viduus stond er achter de naam van Joan Petrus Wentzeler. De betekenis van Viduus, bleek weduwnaar te zijn. Joan Petrus was dus eerder getrouwd geweest . Opmerkelijk was het leeftijdverschil bij dit huwelijk! Johan Petrus Wentzler was 54 jaar oud en Elisabeth 24 jaar!
Ik ben toen verder gaan zoeken in de doopboeken van de Pancratius en kwam daar doopaktes van kinderen Wentzeler tegen die niet in Haaksbergen geboren waren! Als moeder van deze kinderen werd de naam vermeld van Christina Delsing uit Echt, in Limburg. Ook zag ik de overlijdensaktes van zijn kinderen. In het jaar 1815 zelfs drie. Deze waren veel eerder geboren, maar niet in Haaksbergen! Reden om verder te zoeken!
Dankzij internet kwam ik op het spoor van Joan Petrus Wentzeler en wel via de website “Ga Het Na.nl.” Omdat Wentzeler militair was geweest, ging ik zoeken in de militaire stamboeken van officieren. Ik tikte in het zoekvenster de naam Wentzeler in.
Maar liefst vier hits! Wat bleek: Wentzeler was luitenant in de zesde halve brigade, tweede bataljon infanterie onder generaal majoor Boecop . Hij diende in het Bataafse leger dat onder leiding stond van generaal Deandels. Hij heeft voor dit Bataafse leger een contract getekend op 29 maart 1798. Hij verdiende 26 stuiver per dag. Een soldaat verdiende in die tijd 5 stuiver per dag. Voordat hij bij de Bataafse armee kwam diende Wentzler in het Staatse leger en wel bij het regiment Schotten onder luitenant generaal Ralph Dundas.
Maar ik vond nog meer!
In Venlo, een garnizoensstad , is hij op vijf april 1781 getrouwd met Anna Catharina Delsing uit het Limburgse Echt.Hij was toen 32 jaar.
In november 1797 wordt er in de garnizoensplaats Bergen op Zoom een tweeling geboren. Als moeder wordt vermeld Christina Delsing.
In die tijd trokken ook de vrouwen en kinderen met het leger mee. Er werd voornamelijk in het voorjaar en de zomer gevochten . De winterdag verbleef men in een garnizoensstad of vond men onderdak bij een particulier of een boer. Op die manier is Wentzeler waarschijnlijk ook bij boer Damveld in de buurschap Langelo terechtgekomen. Zijn onderdeel is ook in de buurt van Haaksbergen geweest. Inmiddels was zijn vrouw Christina Delsing overleden. Bij boer Damveld heeft hij Elisabeth Damveld leren kennen en is uiteindelijk met haar getrouwd.
Nadat Elisabeth Damveld het huis nummer 117, aan wat nu de Spoorstraat heet, geërfd had, is zij daar gaan wonen met Joan Petrus Wentzeler , de luitenant. Uit dit huwelijk werden nog een aantal kinderen geboren waarvan de meesten al weer op jonge leeftijd overleden. Uiteindelijk zijn er twee kinderen blijven leven, te weten: Hendrica en Christiaan. Deze laatste was ook militair. Hij was kanonnier en later metselaar in Enschede.
Hendrica ,geboren in 1804, trouwt op een gegeven moment met de schoenmaker Bernard Kotters uit het Duitse Greven. Het echtpaar krijgt drie kinderen. Bernard Kotters overlijdt in 1837. Vanaf dat moment woont Hendrica met haar drie kinderen, samen met haar vader Joan Petrus Wentzeler in het huis 117.Dus op de plek waar nu de Albert Heijn supermarkt gevestigd is. Om de hoek aan de Blankenburgerstraat, inwonend bij de familie Haskes, woonde de uit Groenlo afkomstige katoenspinner, Bernard Menkhorst. Hij was werkzaam in de` spinnerie` van Schulten aan de Molenstraat. Bernard was van dezelfde leeftijd als Hendrica en vrijgezel. Men woonde bij elkaar in de buurt en heeft elkaar daar leren kennen. Op een geven moment wordt er een onwettig kind geboren ,dat door de vader , Bernard erkend wordt.
Hendrica en Bernard trouwen en Bernard Menkhorst komt bij Henrica in huis nummer 117 wonen. Er worden nog twee kinderen geboren waarvan er ėėn op vierentwintig jarige leeftijd komt te overlijden.
Het eerste kind uit het huwelijk van Henrica en Bernard werd Anton genoemd. Dat is mijn overgrootvade die Luutnants Antone werd genoemd. Antons broer hete Johannes Petrus, roepnaam Johan of Jan. Van deze Johan zijn de Menkehorsten uit Tilburg en Den Bosch afkomstig.
De bijnaam “ luutnant” is dus afkomstig van Joan Peter Wentzeler, de schoonvader van Bernard Menkhorst uit Groenlo. Bernard was afkomstig van de boerderij” de Menckhorst” in de buurschap Avest, nabij Groenlo.Deze boerderij bestaat nog steeds en staat aan de Horstenweg in de buurschap Avest. Bernard `s eigenlijke achternaam was Bleuminck . Maar dat is weer een heel ander verhaal.
Over Joan Petrus Wentzeler;
Hij is geboren in Merode, Langerwehe in het Rheinland.
Merode ligt nabij de plaats Jullich en Aken.
Eertijds maakte het deel uit van de Graafschap Gullik.
Joan Petrus kwam uit een familie van militairen.
Hij is geboren in 1748
Huwt in 1781 te Venlo met Christina Delsing .
Huwt in 1801 te Haaksbergen met Elisabeth Damveld.
Overleden in 1834 , zevenentachtig jaar oud.
Hij heeft een grote schare kinderen gekregen.
Slechts twee van hen mochten er oud worden.
Henk Menkehorst